Vietnam, Taiwan, Bangladesh en Zuid-Korea zijn de landen die het meest van de handelsoorlog tussen de Verenigde Staten en China profiteren. In de eerste vijf maanden van 2019 is de export van deze landen naar de Verenigde Staten aanzienlijk gestegen. Terwijl de Amerikaanse handel met China daalt.

Dat blijkt uit data van het Census Bureau. De Amerikaanse overheidsinstelling houdt belangrijke data bij, zoals de handel met andere landen.

Volgens het Census Bureau is Vietnam de grootste spekkoper. Want de Verenigde Staten importeert 36 procent meer uit het Aziatische land. Daarna komt Taiwan, waar de Amerikaanse import met 23 procent is gestegen. De import uit Bangladesh is met 14 procent gestegen en die uit Zuid-Korea met 12 procent.

Is het een permanente verschuiving?

Wel is het onduidelijk of bedrijven permanent buiten China blijven. Bedrijven kunnen de productieketen ook via andere landen laten lopen. Zo meldde persbureau Reuters onlangs in een rapport dat Chinese producenten producten illegaal via Vietnam naar de Verenigde Staten verschepen. De Chinese producenten zouden hun producten aanbieden onder ‘Made in Vietnam’.

Het is voor Amerikaanse bedrijven namelijk lastig om aanbieders te vinden van dezelfde producten met dezelfde kwaliteit. Zo stelt het mediaplatform CNN dat dit een proces is dat maanden, of zelfs jaren, kan duren.

Een voorbeeld daarvan is Cap America. Het bedrijf importeert baseballcaps uit China en geeft alleen de finishing touch in Amerika. Momenteel test het bedrijf een nieuwe leverancier in Bangladesh, om de tarieven te vermeiden. Maar de totale orders naar deze leverancier bedragen slechts 20 procent van het totaal. Phil Page, de CEO van het bedrijf, zei:

Je kan niet met je vingers knippen en van productielocatie veranderen. We moeten continue blijven leveren.

Maar de trend is al langer gaande, zelfs voor de tarieven

Toch zijn het niet alleen de importtarieven van president Donald Trump die zorgen voor de huidige trend. Al langer zoeken Amerikaanse bedrijven mogelijkheden buiten China, volgens CNN. Vaak komen Amerikaanse bedrijven terecht in Zuidoost-Azië, waar de lonen lager liggen als in China. Bijvoorbeeld landen als Vietnam en Bangladesh.

Bron: CNN

Foto: iStock