De olieprijzen zitten in een dalende trend. Op het moment van schrijven noteert de prijs voor een vat WTI crude 77,83 dollar. Er zijn enkele factoren die de olieprijzen onder druk zetten, maar de meest recente factor heeft te maken de bijeenkomst van de Groep van Zeven. De leden van de G7 willen namelijk een prijsplafond voor Russisch gas en olie.

De situatie op de oliemarkt is helemaal anders dan in de maanden april, mei en juni. Toen noteerden de prijzen nog aan recordniveau’s. Momenteel zijn de prijzen fors teruggezakt tot 77 – 85 dollar per vat. De daling van de prijzen wordt veroorzaakt door verschillende factoren, waarvan de vrees voor een wereldwijde recessie er eentje is.

De meest recente reden voor de daling heeft te maken met het prijsplafond dat de landen van de G7 willen invoeren. Deze groep wil namelijk een plafond van 65 tot 70 dollar per vat voor Russische olie. Maar de ministers van Energie van de Europese Unie zijn hier nog niet mee akkoord gegaan.

65 tot 70 dollar

Vivek Dhar, analist bij Commonwealth Bank, benadrukt dat dit plafond hoger is dan de markten hadden voorspeld. Het is ook ruim hoger dan productiekosten van Rusland, die gooien hun vaten olie voor 20 dollar per stuk op de markt. Indien de EU akkoord gaat met 65 tot 70 dollar per vat, dan gaat Commonwealth Bank hun voorspelling voor dit kwartaal neerwaarts bijstellen.

If the EU agree to an oil price cap of $65‑$70/bbl this week, we see downside risks to our oil price forecast of $95/bbl this quarter.

De olieprijzen kunnen nog een aardig stukje dalen, vooral omdat China opnieuw aan het bekijken is om hun ‘zero Covid’-beleid opnieuw te activeren. Er zijn namelijk opnieuw veel coronabesmettingen in Shanghai en andere grootsteden. Dit zou een aderlating zijn voor de Chinese economie.

Bronnen: Yuka Obayashi – Reuters

Foto: Juan Carlos Huayllapuma/CIFOR – Flickr – CC BY-ND-NC 4.0