De olieprijzen hebben de beursweek bijzonder slecht geëindigd. Zowel Brent als WTI olie zijn gedaald naar hun laagste niveau van de afgelopen 18 jaar. Brent daalde naar 28,43 dollar per vat en WTI naar 18,12 dollar per vat. Dit alles heeft te maken met verschillende factoren zoals de lage vraag naar olie en de hoge olievoorraden.

Een akelig beeld op de oliemarkt, de prijzen zijn fors gedaald, namelijk naar hun laagste niveau van de afgelopen 18 jaar. Beide indexen sloten hun handelsweek slecht af maar probeerden vrijdag nog wat terrein te winnen, maar helaas. De situatie op het wereldtoneel speelt allesbehalve in de kaarten van olie op dit moment, vandaar dat de olieprijzen zo laag noteren.

Ondanks de overeenkomst tussen 23 olieproducerende landen, blijft het zwarte goud het moeilijk hebben op de financiële markten. Dat heeft alles te maken met de lage vraag naar olie op wereldniveau en de torenhoge Amerikaanse olievoorraden. Met andere woorden, vraag en aanbod liggen heel ver verwijderd van elkaar en dat is uiteraard niet goed voor de prijszetting.

Minder productie

De overeenkomst tussen de olieproducerende landen om 9,7 miljoen olievaten per dag minder te produceren, moet dus nog zijn vruchten afwerpen. Of zijn deze inspanningen gewoonweg niet goed genoeg? Op het eerste zicht lijkt dit inderdaad het geval te zijn en zullen deze landen een tandje moeten bijsteken willen ze de olieprijzen doen stabiliseren in deze moeilijke tijden.

Zelfs olieproducerende landen die niet deel uitmaken van de alliantie, genaamd OPEC+, beseffen dat de olieprijzen veel te laag noteren en ook zij hebben besloten om 3,7 miljoen vaten per dag minder te produceren. Toch blijft olie moeilijkheden hebben om het hoofd boven water te houden en blijft er een neerwaartse druk ontstaan op de oliemarkt door allerlei factoren.

Bronnen: The Hill

Foto: Pxhere